Jaap en Biko zijn broers, maar lijken totaal niet op elkaar. Jaap is luidruchtig en eist alle aandacht op, terwijl Biko nauwelijks opvalt. Biko wordt dan ook helemaal vergeten door zijn moeder: ze verlaat het ziekenhuis met maar één kind. Biko blijft alleen achter, tot hij wordt gevonden door een schoonmaker, een asielzoeker. Hij neemt de baby mee naar zijn ‘huis’, een garage die hij heeft ingericht met gevonden spullen. Daar groeit Biko op. Algauw blijkt hij over vreemde talenten te beschikken. Zo kan hij plotsklaps verdwijnen. Biko raakt bevriend met Loekie, een meisje dat uit een lawaaierig gezin komt en snakt naar rust en stilte. Die vindt ze bij Biko en zijn vader. Wanneer ze op een dag aan het spelen zijn, betrappen Biko en Loekie twee autodieven op heterdaad en hun leven neemt een onverwachte wending... Bies van Ede schreef een magisch verhaal over luidruchtige en stille kinderen, over ontevreden en gelukkige kinderen, en over kinderen die genoeg hebben en kinderen die altijd méér willen. Kortom: een boek voor kinderen die niet houden van doorsneeverhalen! Er wordt veel onzin verteld over Bies van Ede, niet in de laatste plaats door hemzelf. Hij zou geboren zijn in Kinderkwelder aan de Oude Rijn. Hij studeerde aan de Pedagogische Academie, waarna hij een paar jaar voor de klas stond. In 1984 verscheen zijn eerste kinderboek. Bies schrijft avontuurlijke, grappige, historische, realistische en superspannende verhalen.